Judas 1
Inleiding
1 Deze brief is van Judas. Ik ben een dienaar van Jezus Christus ('Christus' is niet Jezus' achternaam! Het woord 'Christus' is Grieks en betekent 'Gezalfde.' (Het Nieuwe Testament is in het Grieks geschreven). 'De gezalfde' is in de Joodse Boeken de man die speciaal door God met zijn Geest is gevuld ('gezalfd') om Isra�l te redden. In het Hebreeuws, de taal waarin het Oude Testament is geschreven, werd hij de 'Messias' genoemd, wat hetzelfde betekent.) en een broer van Jakobus. Ik schrijf deze brief aan de mensen die door God zijn geroepen om met Hem te leven. Jullie mogen bij God de Vader horen. En Jezus Christus beschermt en bewaart jullie.
2 Ik bid dat jullie steeds meer van de vriendelijkheid, vrede en liefde van God zullen merken.
Waarschuwing tegen bedriegers
3 Lieve broeders en zusters, ik wilde jullie dringend schrijven over de redding die wij allemaal hebben gekregen. Maar eerst moet ik jullie iets anders zeggen: doe je uiterste best om het geloof vast te houden dat God jullie heeft gegeven omdat jullie bij Hem horen.
4 Want er zijn bepaalde mensen de gemeente binnengeslopen die zich niets van God aantrekken. Ze leven er maar op los. Ze denken dat God z� vriendelijk is, dat Hij het allemaal wel vergeeft. Ze geloven niet in onze enige Heer en Meester, Jezus Christus. (Er was in die tijd een stroming die niet geloofde dat Jezus werkelijk een mens van vlees en bloed geworden is. Zij vonden dat het alleen maar l��k alsof Hij een lichaam had. Maar de kern van het goede nieuws is nu juist dat God werkelijk mens werd in Jezus.)
Vroeger waren er ook al zulke mensen. En we kunnen in de Boeken lezen hoe het met hen afliep.
5 Ik wil jullie eraan herinneren dat de Heer een heel volk uit Egypte heeft gered. Maar ook dat Hij de mensen van dat volk die Hem niet werkelijk geloofden, heeft gedood. Jullie weten dit wel, maar ik wil het toch nog een keer zeggen.
6 En denk eens aan de engelen die niet trouw aan God waren. Ze waren niet tevreden met de taak die Hij hun had gegeven. Ze verlieten de plaats waar ze woonden. (Lees Genesis 6:1-4.) Daarom heeft Hij hen voor altijd gevangen gezet in de duisternis. Daar moeten ze blijven tot de grote dag dat Hij over hen zal rechtspreken.
7 Ook Sodom en Gomorra (Sodom en Gomorra waren twee steden die honderden jaren eerder door God verwoest waren omdat de bewoners zo slecht waren. Lees Genesis 13:13 en Genesis 19:15, 24 en 25.) en de steden daar omheen waren ongehoorzaam aan God. Ze deden allerlei slechte dingen op het gebied van seks. Ze deden wat ze wilden. Daarvoor zijn ze gestraft met een eeuwig vuur. Ook zij zijn een waarschuwing voor ons.
8 Ook die binnengeslopen bedriegers (zij beweren dat ze dromen van God krijgen terwijl dat helemaal niet zo is!) trekken zich nergens iets van aan. Ze doen dezelfde dingen als de mensen van Sodom en Gomorra, willen God niet gehoorzamen zoals de Isra�lieten en beledigen de machten in de hemel zoals de ongehoorzame engelen.
9 De engel Micha�l had ooit ruzie met de duivel over het lichaam van Mozes toen Mozes gestorven was. Micha�l is ��n van de belangrijkste engelen. Toch wilde hij de duivel niet zelf veroordelen. Hij zei alleen: "De Heer zal je straffen!"
10 Maar die mensen over wie ik het heb, maken alles belachelijk wat ze niet kennen of begrijpen. Ze gedragen zich als domme dieren die niet kunnen nadenken. Ze begrijpen alleen dat wat ze kunnen zien. Het loopt dan ook slecht met hen af.
11 Want ze zijn net als Ka�n die uit jaloersheid zijn broer Abel vermoordde. (Lees Genesis 4:1-8.) En ze zijn net als Bileam die voor geld alles wilde doen. (Bileam was door koning Balak gehuurd om het volk Isra�l te vervloeken. Lees Numeri 22. Uiteindelijk werd hij vermoord.) En ze zijn net als Korach die in opstand kwam tegen God. (Lees Numeri 16:1-35.) Het zal met de mensen waar ik het over heb net zo slecht aflopen als met Ka�n, Bileam en Korach.
12 Ze bederven de maaltijden (Hiermee wordt het Avondmaal bedoeld. Lees 1 Korinti�rs 11:23-29.) die jullie met elkaar houden. Zonder zich daarvoor te schamen, komen zij alleen maar om zich vol te eten. Ze zijn als wolken die geen regen geven maar door de wind voorbij geblazen worden. Ze zijn als bomen waar zelfs laat in de herfst nog steeds geen vruchten aan zitten, morsdood en helemaal ontworteld.
13 Ze zijn als golven van de zee die door de wind z� worden opgezweept, dat er schuimkoppen op komen. Want ze laten zich z� door hun slechte verlangens opzwepen, dat al hun slechtheid komt bovendrijven en zichtbaar wordt. Ze zijn als dwaalsterren die voor eeuwig uitdoven.
14 Henoch (Lees Genesis 5:21-24.) (uit de zevende familie vanaf Adam geteld) heeft al over hen geprofeteerd. Hij zei: "De Heer is gekomen met zijn hemelse leger van tienduizenden engelen.
15 Hij is gekomen om over alle mensen recht te spreken. Hij zal alle mensen straffen die zich niets van Hem aantrekken. Hij zal hen straffen voor alle slechte dingen die ze hebben gedaan en voor alle brutale dingen die ze tegen Hem hebben gezegd."
16 Ze mopperen en klagen over alles wat hun overkomt. Ze doen waar ze zin in hebben. Ze zijn trots en verwaand. En ze vleien de mensen, in de hoop dat hun dat wat oplevert.
Aanmoediging van de gelovigen
17 Maar, lieve broeders en zusters, jullie moeten goed onthouden wat de boodschappers van onze Heer Jezus Christus hierv��r hebben gezegd.
18 Ze hebben gezegd dat er aan het eind van de tijd mensen zullen komen die God bespotten. Mensen die er maar op los leven, zonder zich iets van God aan te trekken.
19 Zij zijn het die verdeeldheid veroorzaken in de gemeente. Ze leven niet vanuit de Geest, want ze hebben de Geest niet.
20 Maar jullie, lieve broeders en zusters, moeten ervoor zorgen dat jullie groeien in je allerheiligst geloof. Dat doe je door je bij het bidden te laten leiden door de Heilige Geest.
21 Blijf leven vanuit Gods liefde die in jullie is. En blijf vertrouwen op de liefdevolle goedheid van onze Heer Jezus Christus. Hij zal jullie het eeuwige leven geven.
22 Help vriendelijk en geduldig de mensen die twijfelen. Red hen uit het vuur van Gods straf.
23 Maar bij sommige mensen moet je heel voorzichtig zijn als je hen wil helpen, omdat ze z� slecht zijn. Zorg dat je je niet door hun slechtheid laat besmetten!
24 God kan jullie helpen geen verkeerde dingen te doen. Dan kunnen jullie later helemaal zuiver en blij voor zijn hemelse troon komen staan.
25 Hij is de enige ware en wijze God. Hij is onze Redder. Voor Hem is alle eer en kracht en macht sinds het begin van de tijd, nu en voor eeuwig! Amen! Zo is het!
Vorige hoofdstuk | Volgende hoofdstuk |
Wat is jouw antwoord?
Ja, vandaag heb ik besloten om Jezus te volgen
Ja, ik ben al een volgeling van Jezus
Ik heb nog steeds vragen
copyright 2013 | Stichting BasisBijbel
De bijbel in makkelijk Nederlands