Thuis >> 20 augustus
20 augustus
Als de beeldspraak van het zwaard Juda's aandacht nog steeds niet heeft weten te trekken, dan zou de
volgende allegorie dat toch wel moeten doen. In de hele Schrift vinden we waarschijnlijk geen enkele aanklacht
in krachtiger bewoordingen. Moderne lezers zullen waarschijnlijk geschokt zijn door de onkuise wijze waarop
de metafoor gebracht wordt van de twee zussen die Israël en Juda voorstellen. In elk geval krijgen we hier een
idee van de mate waarin God zelf beledigd is door de ontrouw van Zijn volk.
Ezec. 23:1-13
TWEE LOSBANDIGE ZUSSEN. Opnieuw kreeg ik een boodschap van de HERE: "Mensenzoon, er
waren eens twee zusters die zich vanaf hun jeugd als prostituées in Egypte hadden aangeboden.
In dat land werden hun maagdelijke borsten voor het eerst gekust en betast. De oudste heette
Ohola, haar zuster Oholiba. Ik heb het nu over Samaria en Jeruzalem! Ik trouwde met hen en zij
gaven Mij zonen en dochters. Maar toen verkocht Ohola zich als prostituée aan anderen terwijl
ze nog van Mij was en ze schonk haar liefde aan de Assyriërs, haar buren. Dat waren allemaal
aantrekkelijke jonge soldaten, bevelhebbers en commandanten, gekleed in prachtige blauwe
kleding en hoog op hun paarden rondrijdend.
Zo zondigde zij met hen (de beste mannen van Assyrië) door de afgoden te aanbidden en
zichzelf te verontreinigen. Want toen zij Egypte verliet, nam zij haar overspelige aard met zich
mee. Zij was nog even sluw als in haar jeugd, toen de Egyptenaren al met haar naar bed gingen,
hun lusten op haar botvierden en haar beroofden van haar maagdelijkheid.
Daarom gaf Ik haar in de kwade macht van de Assyriërs en hun afgoden van wie zij zo hield. Zij
trokken haar de kleren uit, doodden haar en namen haar kinderen mee als slaven. Iedere vrouw
in het land kende haar naam als die van een zondares, die haar verdiende loon had gekregen.
Maar toen Oholiba (Jeruzalem) zag wat er met haar zuster was gebeurd, ging zij haar gelijk
achterna en zondigde zelfs nog meer dan haar zuster. Ook zij begon te lonken naar haar
Assyrische buren, die knappe jongemannen op hun mooie paarden, die legeraanvoerders in hun
opvallende uniformen, stuk voor stuk aantrekkelijke mannen. Ik zag de weg die zij volgde, zij ging
dezelfde verkeerde kant op als haar oudere zuster.
Ezec. 23:14-27
Zij was in feite nog meer ontaard dan Ohola, want zij werd verliefd op figuren die op een muur
waren geschilderd! Afbeeldingen van Babylonische legeraanvoerders in strakke rode uniformen,
met prachtige gordels en mooie tulbanden op het hoofd. Toen zij de afbeeldingen zag, verlangde
zij ernaar zich aan de afgebeelde mannen te geven. Daarom stuurde zij boodschappers naar
Chaldea om hen bij haar uit te nodigen. Zij gaven gehoor aan haar uitnodiging en pleegden
overspel met haar. Zij onteerden haar in het liefdesbed, maar daarna begon zij hen te haten en
verbrak alle betrekkingen met hen. En Ik walgde van haar, net zoals Ik van haar zuster had
gewalgd, omdat zij schaamteloos met hen flirtte en zich overgaf aan hun lusten. Maar dat deed
haar niets. Zij begon zelfs op nog grotere schaal prostitutie te bedrijven, toen zij zich de tijd
herinnerde dat zij een prostituée in Egypte was. Daar leefde zij zich uit met mannen die zich
lieten leiden door dierlijke driften. En zo vierde u de dagen van vroeger, toen u uw
maagdelijkheid aan de Egyptenaren gaf.
Daarom zegt de Oppermachtige HERE dat Hij naar u, Oholiba, diezelfde volken zal sturen, die u
met walging de rug toekeerde. Want de Babyloniërs zullen komen, de Chaldeën, de mannen van
Pekod, Soa en Koa en ook de Assyriërs; aantrekkelijke jongemannen met een hoge rang, rijdend
op hun paarden. Zij zullen vanuit het noorden met strijdwagens en karren, met ontelbaar veel
strijders tegen u optrekken. Zij zijn helemaal op de strijd voorbereid. Hun goed bewapende
mannen zullen u omsingelen en Ik zal ze op u loslaten om met u te doen wat zij willen. Ik zal u
mijn jaloerse toorn laten voelen, want zij zullen u met nietsontziende wreedheid behandelen. Zij
zullen uw neus en oren afsnijden. Uw overlevenden zullen worden gedood en uw kinderen als
slaven worden weggevoerd. Alles wat overblijft, zal worden verbrand. Zij zullen u beroven van uw
mooie kleren en uw sieraden. Zo zal Ik een einde maken aan uw schandelijke gedrag en het
overspel, waarmee u in Egypte bent begonnen. En u zult nooit meer verlangen naar Egypte en
haar goden.
Ezec. 23:28-45
Want de Oppermachtige HERE zegt: Ik zal u zeker aan uw vijanden overgeven, aan degenen die
u de rug hebt toegekeerd. Zij zullen hun haat op u uitleven, u van al uw eigendommen beroven
en u naakt en met lege handen achterlaten. En de schande van uw overspel zal aan de hele
wereld worden bekendgemaakt. U hebt dit uzelf op de hals gehaald door andere volken na te
lopen en u met al hun afgoden te verontreinigen. U bent uw zuster achterna gegaan, daarom zal
Ik u met dezelfde rampen straffen. Ja, de rampen die op haar vielen, zullen ook op u vallen;
en de beker waaruit zij dronk,
was groot en tot de rand gevuld.
U zult dezelfde beker leegdrinken
en de hele wereld zal u minachten
en u bespotten in uw leed.
Als een dronkaard zult u wankelen
onder de vreselijke slagen van ellende en verdriet,
net als uw zuster Samaria.
In uw vreselijke lijden zult u de beker van de angst tot de bodem toe leegdrinken
en ook de laatste druppels er nog uitlikken;
daarna zult u hem in stukken gooien
en het vel op uw borsten openscheuren.
Zo heb Ik gesproken, zegt de HERE.
Omdat u Mij hebt vergeten en Mij de rug hebt toegekeerd, moet u zelf de gevolgen van al uw
zonde dragen.
Mensenzoon, u moet Jeruzalem en Samaria beschuldigen van al hun afschuwelijke daden. Want
zij hebben zowel overspel als moorden gepleegd; zij hebben afgoden vereerd en hun kinderen
vermoord, die zij Mij hadden gebaard. Zij hebben hen als offers op hun altaren verbrand! Op
dezelfde dag dat zij mijn tempel verontreinigden en mijn sabbatten negeerden, de dag dat zij hun
kinderen vermoordden voor hun afgoden, op precies diezelfde dag kwamen zij naar de tempel
om Mij te aanbidden! Zo weinig ontzag hebben zij voor Mij!
U liet zelfs uit verre landen mannen met hun afgoden naar u toekomen om die te aanbidden. U
verwelkomde hen zelfs! U baadde zich, beschilderde uw oogleden en droeg uw mooiste sieraden
voor hen. U zat op een pronkbed en legde mijn reukwerk en mijn olie op een tafel, die voor u
stond. Vanuit uw huis kwamen de geluiden van een feestende menigte, van onbehoorlijke kerels
en dronkaards uit de wildernis, die banden om uw polsen deden en prachtige kronen op uw
hoofd zetten. Zouden zij overspel plegen met deze verlepte prostituées? Toch deden zij dat. Zij
gingen naar Samaria en Jeruzalem, die schaamteloze prostituées, met de opgewondenheid van
mannen die een bordeel binnenstappen. Maar de rechtvaardigen zullen hen ontmaskeren. En
dan zal blijken dat zij overspeligen en moordenaars zijn, want het bloed kleeft aan hun handen.
Zij zullen tegen hen de straffen uitspreken, die de wet voorschrijft.
Ezec. 23:46-49
De Oppermachtige HERE zegt: Breng een leger tegen hen op de been en geef hen over aan
mishandeling en plundering. Want hun vijanden zullen hen stenigen en hen doden met
zwaarden; zij zullen hun zonen en dochters afslachten en hun huizen platbranden.
Zo zal Ik afrekenen met de schandelijke daden en de afgoderij in dit land. Mijn oordeel zal voor
alle vrouwen die het zien een waarschuwing zijn uw voorbeeld niet te volgen. Want u zult volledig
moeten betalen voor uw ontucht, uw afgodenverering. U zult onder de zware straf lijden en zo
zult u tot de erkenning komen dat Ik, de HERE, alleen God ben."
Wat kan er nog meer gezegd worden? God voelt de diepe schaamte en schande die Zijn “bruid” Hem heeft
aangedaan. Haar verachting van Zijn geestelijke leiderschap, haar streven naar materiële bevrediging en haar
talrijke overspelige daden met mindere goden hebben geen andere keuze voor Hem opengelaten. Israël moet
nu opgesloten worden totdat zij tot inkeer komt. De tijd is aangebroken. Het begint nu.
Het beleg van Jeruzalem
Het is niet bekend wanneer Zedekia precies het dwaze idee krijgt om tegen Nebukadnezar in opstand te
komen, maar het is waarschijnlijk rond 590-589 voor Christus. Wanneer hij dit doet, reageert Nebukadnezar
rond 588 op een heel voorspelbare manier door Juda met zijn machtige Babylonische leger binnen te trekken
en haar steden, inclusief Jeruzalem, te belegeren. Hebben niet alle profeten gewaarschuwd dat dit zou
gebeuren?
2 Kon. 24:20b, 2 Kron. 36:13a, Jer. 52:3a (590-589 v.C.)
ZEDEKIA IN OPSTAND TEGEN BABYLON. Hij kwam bovendien in opstand tegen koning
Nebukadnezar, ondanks het feit dat hij tegenover hem een eed van trouw had afgelegd.
2 Kon. 25:1, Jer. 39:1;52:4 (588 v.C.)
BELEG VAN JERUZALEM. Koning Nebukadnezar antwoordde daarop door zijn hele leger te
mobiliseren en Jeruzalem opnieuw te belegeren. Hij bereikte de stad op de tiende dag van de
tiende maand van het negende regeringsjaar van koning Zedekia van Juda.
Download (Het Boek)
Download (Statenvertaling)
De chronologische Bijbel -- augustus
Voor meer details, lees alsjeblieft onze copyrightvoorwaarden
Wat is jouw antwoord?
Ja, vandaag heb ik besloten om Jezus te volgen
Ja, ik ben al een volgeling van Jezus
Ik heb nog steeds vragen