Thuis >> 29 oktober
29 oktober
Onderricht met behulp van gelijkenissen
Tussen de vele verhitte confrontaties door gaat Jezus verder met het kalme onderricht aan Zijn discipelen over
het koninkrijk van God. Jezus is de Grote Leraar en gebruikt verscheidene methoden om Zijn discipelen te
onderwijzen. Hij gebruikt hyperbolen, waarschuwingen, treurdichten en terechtwijzingen. Hij toont de waarheid
aan de hand van zaligsprekingen, spreuken en dialogen. Maar Zijn interessantste en opvallendste
onderwijsmethode is wel Zijn gebruik van gelijkenissen. Deze illustraties van morele waarheden of principes
zijn meestal in de vorm van een eenvoudig gesprek gegoten. Vaak zijn de gelijkenissen van Jezus
vergelijkingen met dingen die of in de natuur worden aangetroffen of bekend zijn uit de menselijke
belevingswereld.
Wanneer Jezus zegt dat deze gelijkenissen ertoe zullen leiden dat de waarheid verborgen blijft, moet hij wel die
toehoorders in gedachten hebben wier harten gesloten blijven voor Zijn woorden. De meeste lessen zijn
redelijk eenvoudig te begrijpen en zijn vooral afgestemd op de gewone man, tot wie Jezus Zijn onderwijs richt.
Een groot aantal gelijkenissen wordt door de Evangelieschrijvers vastgelegd in de beschrijving van de
bediening van Jezus, maar een aantal bijzondere gelijkenissen is in een aparte verzameling bijeengebracht
(vooral door Matteüs) en geeft een uniek inzicht in Jezus' gebruik van dergelijke eenvoudige illustraties.
Mat. 13:1-9, Mar. 4:1-9, Luk. 8:4-8 - Meer van Tiberias
GELIJKENIS VAN DE ZAAIER. Later die dag verliet Jezus het huis en ging bij het meer zitten. Er
kwam een grote menigte mensen naar Hem toe. Daarom ging Hij in een boot. Van daaruit sprak
Hij de mensen toe die op de oever stonden te luisteren. Hij vertelde hun onder andere deze
gelijkenis: "Een boer zaaide koren op zijn land. Bij het zaaien viel er wat zaad langs de weg en
de vogels kwamen het oppikken. Er viel ook wat zaad op steenachtige grond. Omdat er weinig
aarde lag, kwam het vlug op. Maar toen de zon erop ging schijnen, verschroeide het. Het ging
dood, omdat het niet veel wortels had. Ander zaad viel tussen de distels en verstikte. De rest van
het zaad viel in goede grond en gaf een rijke oogst: wel dertig, zestig en honderd keer zoveel als
er was gezaaid. Onthoud dit goed!"
Mat. 13:10-17, Mar. 4:10-12, Luk. 8:9,10
DOEL VAN GELIJKENISSEN. Zijn discipelen kwamen naar Hem toe en vroegen: "Waarom vertelt U
altijd van dit soort gelijkenissen?"
"Jullie hebben het voorrecht te begrijpen wat het Koninkrijk van de hemelen eigenlijk is",
antwoordde Hij. "Maar anderen niet. Want wie iets heeft, zal er veel bij krijgen. Meer dan genoeg.
Maar wie niets heeft, zal ook nog kwijtraken wat hij meent te hebben. Daarom gebruik Ik
gelijkenissen.
De mensen horen en zien Mij wel,
maar begrijpen Mij niet.
De profeet Jesaja sprak over hen toen hij zei:
'Ze horen wel, maar begrijpen niet.
Ze kijken wel, maar zien niet.
Hun hart is onverschillig,
hun oren zijn doof
en hun ogen zitten dicht.
Daarom zullen zij niets zien,
horen
of begrijpen.
Daarom kunnen zij niet naar God terugkeren,
want dan zou Hij hen moeten genezen.'
Gelukkig hebben jullie ogen die kunnen zien en oren die kunnen horen! Vele profeten en
gelovigen hebben ernaar verlangd te zien wat jullie zien en te horen wat jullie horen. Maar zij
konden het niet.
Mat. 13:18-23, Mar. 4:13-20, Luk. 8:11-15
GELIJKENIS VAN DE ZAAIER UITGELEGD. Met het voorbeeld van de boer die ging zaaien, bedoel
Ik dit: Er zijn mensen die wel over het Koninkrijk horen vertellen, maar er niets van begrijpen. Wat
in hun hart is gezaaid, wordt er meteen door de duivel weer uitgeroofd. Dit soort mensen lijkt op
de harde grond langs de weg. Er zijn ook mensen die over het Koninkrijk horen vertellen en er
direct enthousiast over zijn. Maar zij zijn oppervlakkig. Als zij moeilijkheden krijgen of om hun
overtuiging worden vervolgd, moeten zij er ineens niets meer van hebben. Want het zaad had
nauwelijks wortel geschoten. Dit soort mensen lijkt op de steenachtige grond. Dan zijn er mensen
die het goede nieuws horen, maar het laten verstikken door de zorgen van het leven en het
verlangen naar geld. Eigenlijk doen ze niets met het goede nieuws dat ze hebben gehoord. Dit
soort mensen lijkt op de grond die vol distels staat. Tenslotte zijn er mensen die het goede
nieuws horen en begrijpen. Bij hen draagt het zaad vrucht, soms honderd, soms zestig en soms
dertigvoudig. Dit soort mensen lijkt op de goede grond, waar het zaad mooi kon opkomen en
vrucht dragen."
Mat. 13:24-30
GELIJKENIS VAN HET ONKRUID. Jezus vertelde nog een gelijkenis. "U kunt zich het Koninkrijk van
de hemelen ook zo voorstellen. Een boer zaaide goed graan op zijn land. Maar op een nacht,
terwijl iedereen sliep, kwam zijn vijand en zaaide onkruid tussen het graan. Toen het graan
begon te groeien, schoot ook het onkruid op.
De knechten gingen naar de boer toe en zeiden: 'Het veld waar u dat goede graan hebt gezaaid,
staat vol onkruid!'
'Dat heeft een vijand gedaan", zei hij.
'Zullen wij het onkruid ertussen uittrekken?' vroegen zij.
'Nee,' antwoordde de boer. 'Want dan trekken jullie het jonge graan ook mee. Laat ze maar
samen opgroeien tot de oogst. Dan zal ik tegen de maaiers zeggen dat zij eerst het onkruid
bijeen moeten halen en verbranden. Daarna kunnen zij het graan in de schuur brengen."
Mat. 13:36-43
GELIJKENIS VAN HET ONKRUID UITGELEGD. Jezus stuurde de mensen weg en ging naar huis.
Zijn discipelen kwamen bij Hem zitten en vroegen wat Hij bedoelde met de gelijkenis over het
onkruid tussen het graan.
"Luister", zei Hij. "Ik ben de boer die het goede zaad zaait. Het land is de wereld. Het goede zaad
zijn de mensen die bij het Koninkrijk horen. En het onkruid zijn de mensen die bij de duivel horen.
De vijand die het onkruid heeft gezaaid, is de duivel. De oogst is het einde van deze tijd en de
maaiers zijn de engelen.
Zoals in dit verhaal het onkruid bijeengehaald en verbrand wordt, zo zal het ook gaan bij het
einde van deze tijd. Ik zal mijn engelen erop uitsturen. Zij zullen alle verleidingen en alle slechte
mensen uit mijn Koninkrijk bijeenhalen en in de oven gooien. Daar zal het één en al wroeging,
tranen en verdriet zijn. Maar de goede en gelovige mensen zullen in het Koninkrijk van hun
Vader stralen als de zon. Onthoud dit goed!"
Mar. 4:21-25, Luk. 8:16-18
GELIJKENIS VAN DE AANGESTOKEN LAMP. Daarna zei Jezus: "Als je een lamp aansteekt, zet je
er toch geen pot overheen. Natuurlijk niet! En je verstopt hem ook niet onder een bed. Je zet
hem ergens bovenop of houdt hem omhoog. Dan schijnt het licht alle kanten uit. Zo zal alles wat
geheim of verborgen is, eens aan het licht komen. Onthoud dat goed!
Het hangt er helemaal vanaf hoe je luistert. God zal je geven naar de maat waarmee je zelf
meet. Ja, nog meer. Want wie veel heeft, zal veel krijgen. Wie niets heeft, zal ook nog kwijtraken
wat hij meent te hebben.
Mar. 4:26-29
GELIJKENIS VAN HET OPKOMENDE ZAAD. Het Koninkrijk van God kan vergeleken worden met
een boer, die zijn land inzaaide. Na verloop van tijd kwam het zaad op. Het groeide vanzelf
zonder dat de boer er iets aan deed. Eerst kwamen er jonge halmpjes uit de grond. Later kregen
ze aren. Tenslotte kwamen er dikke, volle graankorrels in de aren. Zodra het graan rijp was, nam
de boer zijn sikkel en haalde de oogst binnen."
Mat. 13:31,32, Mar. 4:30-32, Luk. 13:18,19
GELIJKENIS VAN HET MOSTERDZAADJE. Jezus vertelde ook deze gelijkenis: "Het Koninkrijk van
de hemelen is net een mosterdzaadje dat in de grond wordt gestopt. Het is een bijzonder klein
zaadje, maar het wordt een heel grote struik. Net een boom. De vogels komen zelfs in zijn takken
schuilen."
Mat. 13:33, Luk. 13:20,21
GELIJKENIS VAN HET GIST. Hij vertelde nog een andere gelijkenis: "Het Koninkrijk van de
hemelen is net gist dat u in het deeg doet om te laten rijzen. Als het deeg door en door is
gerezen, kunt u er brood van bakken.
Mat. 13:44
GELIJKENIS VAN DE VERBORGEN SCHAT. Het Koninkrijk van de hemelen is net een schat die
ergens in een stuk land ligt en door iemand wordt ontdekt. Die man stopt de schat vlug weer in
de grond. Hij is zo blij dat hij alles wat hij heeft, verkoopt. Dan koopt hij het stuk land, met de
schat erbij!
Mat. 13:45,46
GELIJKENIS VAN DE KOSTBARE PAREL. Het Koninkrijk van de hemelen doet ook denken aan een
koopman die op zoek is naar mooie parels. Ineens ontdekt hij er één van grote waarde. Hij
verkoopt alles wat hij heeft en koopt die ene kostbare parel.
Mat. 13:47-50
GELIJKENIS VAN HET NET. Een ander voorbeeld van het Koninkrijk van de hemelen is een visser,
die zijn net in het water gooit. Er komen allerlei vissen in, eetbare en oneetbare. Wanneer zijn net
vol is, trekt hij het op de kant en gaat de vissen sorteren. De eetbare doet hij in de manden. De
oneetbare gooit hij weg. Zo zal het ook gaan bij het einde van deze tijd. De engelen zullen
komen om de slechte mensen van de goede te scheiden. En de slechten zullen in het vuur
worden gegooid. Daar zal één en al wroeging, tranen en verdriet zijn.
Mat. 13:51,52
GELIJKENIS VAN DE SCHATTEN. Begrijpen jullie dit?"
"Ja", antwoordden zij.
Hij ging verder en zei: "Iedere leraar van de Joodse godsdienst die een discipel van Mij wordt,
heeft een dubbele schat: De oude schat van Mozes en de profeten én de nieuwe schat van Mij."
Mat. 13:34,35, Mar. 4:33,34
GELIJKENISSEN VERVULLEN PROFETIE. Mk Hij vertelde hun veel van zulke gelijkenissen. Anders
zouden zij Hem niet begrijpen. Als Hij hun iets wilde leren, deed Hij dat trouwens altijd door een
gelijkenis te vertellen. Maar als Hij met Zijn discipelen alleen was, legde Hij hun alles uit. Mt Eén
van de profeten had al gezegd:
"Door middel van voorbeelden zal ik duidelijk maken
wat van het begin van de wereld af geheim is gebleven."
Download (Het Boek)
Download (Statenvertaling)
De chronologische Bijbel -- oktober
Voor meer details, lees alsjeblieft onze copyrightvoorwaarden
Wat is jouw antwoord?
Ja, vandaag heb ik besloten om Jezus te volgen
Ja, ik ben al een volgeling van Jezus
Ik heb nog steeds vragen