God is alomtegenwoordig

God is alomtegenwoordig - Kunnen wij dat werkelijk begrijpen?
De alomtegenwoordigheid van God is voor veel mensen omstreden, en iets waar ze zich druk om maken. Als zich een ramp voordoet, vragen we ons wellicht af: “Waar was God?” Een vermoeide moeder reageert op aandachtsvragen van haar kinderen met “Ik kan niet op twee plekken tegelijk zijn!” Zelfs de meest vooruitstrevende technologie kan ons niet op één enkel moment lichamelijk op twee plekken tegelijk laten zijn. Zeker, als God overal tegelijkertijd is, dus alomtegenwoordig, dan ontsnapt er niets aan Zijn aandacht. In de gehele Bijbel zien we dat alles wat geschapen is onder de heerschappij van een oppermachtige God blijft bestaan. Een alomtegenwoordige God “keek naar alles wat Hij had gemaakt...Zo werden de hemel en de aarde in al hun rijkdom voltooid” (Genesis 1:31-2:1).

Als wij het begrip “eeuwigheid” volledig zouden kunnen bevatten, dan zou de alomtegenwoordigheid van God misschien ook te begrijpen zijn. De menselijke geest beziet gebeurtenissen aan de hand van een tijdsbalk, met specifieke vakken voor het verleden, het heden en de toekomst. De voortdurende overgang van elk vak naar het volgende hangt af van hoe iemand een bepaald voorval ziet. God, die eeuwig is, is niet gebonden aan tijd. Als heerser over de volledige historie, het heden en de toekomst van de mensheid, verkondigt God: “Ik ben de Alfa [Begin, Eerste] en de Omega [Einde, Laatste]... Die is, Die was en Die komt, de Almachtige” (Openbaring 1:8; 21:6; 22:13). Hij heerst tegelijkertijd over alle menselijke geschiedenis, los van de fysische beperking van welke tijdsbalk dan ook.

God is alomtegenwoordig - Onbeperkt
Omdat God eeuwig is, kunnen ruimtelijke begrenzingen Hem niet beperken. Gods tijd is oneindig, daarom is God ook onbegrensd ten aanzien van ruimte, dus alomtegenwoordig. Koning Salomo besefte dat God ver boven de begrenzing van de hele schepping uitstijgt. “Zou God werkelijk op aarde kunnen wonen? Zelfs de hoogste hemel kan U niet bevatten, laat staan dit huis dat ik voor U heb gebouwd” (1 Koningen 8:27-28). Hoe prachtig een door mensen gemaakte tempel ook zou kunnen zijn, Salomo begreep dat God niet beperkt kan worden tot enig deel van de ruimte, hoe groot dat deel ook zou zijn. “Dit zegt de HEER: De hemel is Mijn troon, de aarde Mijn voetenbank. Waar zouden jullie een huis voor Mij kunnen bouwen? En wat zou Mij als rustplaats dienen?’” (Jesaja 66:1). De alomtegenwoordigheid van God betekent dat Hij zelfs niet in de grootst mogelijke ruimte zou kunnen verblijven. Hoewel God geen ruimtelijke beperkingen heeft, is Hij zelf toch niet een “grotere ruimte” of een laag rondom ons heelal zoals wij dat kennen. Het is niet zo dat Hij simpelweg bestaat in een soort oneindige, open ruimte. God is aanwezig in alle ruimte. Dat betekent niet dat “op zijn minst een klein deel van God” verspreid is over de uitgestrekte afstanden in de ruimte, maar dat God in Zijn hele wezen aanwezig is op elke plek in onze ruimte. Alle ruimte is voor Hem onmiddellijk aanwezig. De 19e-eeuwse theoloog Charles H. Spurgeon verkondigde:

    “We geloven dat Hij [God] de hemel en de aarde vult, alsook de hel; dat Hij Zich op elke plek bevindt die Zijn schepping lijkt te vorderen, want schepselen zijn Hem niet onaangenaam; en zelfs de ruimte die ingenomen wordt door Zijn werk wordt nog steeds met Hemzelf vervuld. De gesteenten in de onbekende diepten zijn vervuld van God; waar de zee brult of waar het massieve graniet geen kier of leegte laat, zelfs daar is God; niet alleen in de open ruimte, en in de kloof, maar binnen in alle materie, en overal overvloedig in alles, en alle dingen vullend met Zichzelf.”1
Maar het is niet juist om God te zien in ruimtelijke bewoordingen, alsof Hij een soort gigantisch wezen is. God mag dan een wezen zijn dat zonder maat en afmetingen bestaat in de ruimte, maar Hij is niet een of andere vormeloze “massa”. In Genesis 1:26 lezen we dat de mens geschapen is naar het evenbeeld en de gelijkenis van God - woorden die een zekere vorm aanduiden. Toen Mozes vroeg om de majesteit van God te mogen zien, antwoordde Hij: “Als Ik Mijn hand weghaal, zul je Mij van achteren zien; Mijn gezicht mag niemand zien” (Exodus 33:18-23). God spreekt over Zichzelf in menselijke bewoordingen.

God is alomtegenwoordig - Gods bereik
Hoewel we het gezicht van onze Schepper niet mogen zien, bevestigt de alomtegenwoordigheid van God dat Hij voortdurend de mensheid beziet. Adam en Eva probeerden “zich voor Hem [God de HEER] te verbergen tussen de bomen” (Genesis 3:8). De profeet Jona probeerde “van de Heer weg te vluchten”. In eerbiedig ontzag besefte David: “Hoe zou ik aan Uw aandacht ontsnappen, hoe aan Uw blikken ontkomen?” (Psalm 139:7-18). Nergens in de schepping kunnen we ons verstoppen voor de Heer. Via Zijn Geest strekt Gods bereik zich uit tot elke uithoek van het universum en in de harten van de mensen. “De HEER in Zijn heilig paleis, de HEER op Zijn troon in de hemel, met aandacht beziet Hij en fronsend keurt Hij de mensen op aarde” (Psalm 11:4).

Leer meer!

Voetnoten:
1 Charles H. Spurgeon, Preek: Jacob's Waking Exclamation (21 juli, 1861).


WAT DENK JIJ? - Wij hebben allemaal gezondigd en verdienen allemaal Gods oordeel. God, de Vader, stuurde Zijn eniggeboren Zoon om dat oordeel op Zich te nemen voor iedereen die in Hem gelooft. Jezus, de Schepper en eeuwige Zoon van God, die Zelf een zondeloos leven leidde, hield zo veel van ons dat Hij voor onze zonden stierf om zo de straf op Zich te nemen die wij verdienen. Volgens de Bijbel werd Hij begraven en stond Hij op uit de dood. Als jij dit werkelijk gelooft, er in je hart op vertrouwt en alleen Jezus als je Redder aanvaardt door te zeggen: "Jezus is Heer", dan zul je van het oordeel gered worden en de eeuwigheid met God in de hemel doorbrengen.

Wat is jouw antwoord?

Ja, vandaag heb ik besloten om Jezus te volgen

Ja, ik ben al een volgeling van Jezus

Ik heb nog steeds vragen