9 september


Elifaz

Job 4:1-6
JE EIGEN LEER GELOVEN. Op deze klacht antwoordde de Temaniet Elifaz:

  "Mag ik nu eens wat zeggen?
  Wie kan hierbij trouwens zijn mond houden?
  Jij bent altijd iemand geweest die mensen die in moeilijkheden zaten,
  vertelde dat zij op God moesten vertrouwen.
  Je bemoedigde mensen die zwak waren of op het punt stonden te struikelen,
  die wanhopig waren of van vertwijfeling niet meer wisten wat zij moesten doen.
  Maar nu de tegenslagen jou treffen,
  ben je verdrietig en geef je de moed op.
  Moet jij in een tijd als deze niet juist steun zoeken bij God en op Hem vertrouwen?
  Heb je dan niets aan het geloof dat God de oprechte mens helpt?

Job 4:7-11
ALLEEN SLECHTEN ZULLEN VERNIETIGD WORDEN.

  Denk eens goed na! Heb je ooit gehoord
  van een werkelijk oprecht en onschuldig mens, die werd gestraft?
  De ervaring leert dat zij die zonde en moeilijkheden zaaien, die ook oogsten.
  Door Gods adem worden zij uit dit leven weggevaagd.
  Hoewel zij brullen als jonge leeuwen,
  zullen zij worden gebroken en vernietigd.
  De leeuw komt om door gebrek aan prooi
  en de welpen van de leeuwin worden verspreid en verdwalen.

Job 4:12-16
BEROEP OP MYSTICISME.

  Er werd mij in het geheim iets toevertrouwd,
  als het ware in mijn oor gefluisterd.
  Tussen onrustige dromen in de nacht,
  toen de mensen sliepen,
  vloog plotseling de angst mij naar de keel
  en beefde ik over mijn hele lichaam.
  Een geest gleed langs mij heen
  en mijn haren gingen overeind staan.
  Hij stond stil,
  maar ik kon hem niet goed zien
  en ik hoorde een gedempte stem zeggen:

Job 4:17-21
KWETSBAARHEID VAN DE MENS.

  'Is een gewone sterveling rechtvaardiger dan God?
  Reiner dan zijn Schepper?'
  Als God niet eens Zijn eigen boodschappers kan vertrouwen
  en zelfs engelen fouten maken,
  zou Hij dat dan wel kunnen bij stoffelijke wezens,
  die in lemen hutten wonen
  en nog gemakkelijker dan motten kunnen worden doodgedrukt?
  's Morgens leven zij, maar 's avonds zijn zij al dood.
  Voor altijd verdwenen,
  zonder dat ook maar iemand een gedachte aan hen schenkt.
  Hun levensdraad wordt doorgeknipt
  en zij sterven zonder dat zij het weten."

Job 5:1-7
IEDEREEN HEEFT PROBLEMEN.

  "Roep toch! Maar wie zal antwoord geven?
  Tot wie van de engelen kun je je richten?
  De dwaas sterft door wrok en jaloezie.
  Ik heb zelf gezien hoe een dwaas omhoogschoot,
  maar plotseling het onheil over hem kwam.
  Zijn kinderen bleven eenzaam en neergetrapt achter
  en er was niemand, die voor hen opkwam.
  Zijn oogsten werden door hongerige mensen gestolen,
  zelfs het koren tussen de dorens;
  zijn rijkdom was een gemakkelijke prooi voor rovers.
  Want het onheil komt niet uit de aarde voort;
  moeilijkheden groeien niet uit de grond op.
  Maar de mens wordt geboren om moeite en ellende te ondergaan,
  net zo zeker als vonken omhoogschieten.

Job 5:8-16
ALLEEN GOD WEET WAAROM.

  Ik geef je deze raad: Ga naar God
  en leg Hem de situatie voor.
  Want Hij doet machtige en onbegrijpelijke dingen,
  zelfs ontelbare wonderen.
  Hij geeft regen op de aarde
  en voorziet de velden van water.
  De nederigen geeft Hij een hoge plaats
  en de bedroefden schenkt Hij het geluk.
  Hij doorkruist de plannen van listige mannen,
  zodat zij die niet kunnen uitvoeren.
  De wijzen lopen in hun eigen val
  en Hij zet een streep door de plannen van de sluwen.
  Als blinden schuifelen zij door het daglicht;
  zij zien overdag niet beter dan 's nachts.
  God bevrijdt de armen uit de greep van deze onderdrukkers
  met hun kwaadsprekerij.
  Op die manier krijgen de armen hoop
  en wordt de goddelozen de mond gesnoerd.

Job 5:17-27
ZEGENINGEN VOLGEN OP TUCHTIGING.

  Hoe benijdenswaardig is een mens, die door God streng wordt opgevoed.
  Wordt daarom niet boos als de Almachtige je om je zonde straft.
  Want nadat Hij wonden heeft toegebracht,
  verbindt en geneest Hij ze ook weer.
  Steeds weer zal Hij je redden,
  zodat het kwaad je niet raakt.
  Hij zal je beschermen voor de dood in tijden van honger
  en redden uit de macht van het zwaard in tijden van oorlog.
  Van kwaadsprekerij zul je niets te vrezen hebben
  en voor de toekomst hoef je niet bang te zijn.
  Je zult lachen om oorlogsgeweld en hongersnood;
  wilde dieren zullen je met rust laten.
  Ook zul je geen last hebben van stenen bij het ploegen van je akkers.
  Er zal vrede zijn tussen jou en de gevaarlijke wilde dieren.
  Je zult je geen zorgen hoeven te maken om je huis;
  er zal niets uit worden gestolen.
  Je zult vele kinderen krijgen
  en jouw nakomelingen zullen zo talrijk zijn als het gras.
  Pas op hoge leeftijd zul je sterven;
  evenals het koren zul je niet voortijdig worden geoogst.

  Uit ervaring weet ik dat dit allemaal waar is.
  Luister naar mijn raad, het is voor je eigen bestwil!"

Job

Job 6:1-7
VERVLOEKINGEN KOMEN VOORT UIT KWELLING. Jobs antwoord was:

  "Konden mijn zorgen maar eens worden gemeten
  en mijn verdriet worden gewogen.
  Want zij zijn zwaarder dan het zand van duizend stranden.
  Daarom sprak ik zo overhaast!
  De HERE heeft mij met Zijn pijlen neergeschoten;
  Zijn giftige pijlen zijn diep in mijn hart gedrongen.
  Al Gods rampen zijn op mij losgelaten!
  Als wilde ezels balken, is dat omdat zij geen gras meer hebben om te eten;
  ossen loeien niet als zij genoeg voer hebben;
  een man klaagt als geen zout in zijn eten zit.
  Het witte van een ei is smakeloos,
  ik weiger het te eten;
  ik walg van zulk voedsel.

Job 6:8-13
VREES VOOR ZONDEN IN BEPROEVINGEN.

  Gunde God mij maar datgene,
  waarnaar ik het meest verlang;
  te worden verbrijzeld
  en te worden bevrijd uit Zijn pijnlijke greep.
  Dan zou ik toch nog troost vinden
  (vreugde in deze ondraaglijke pijn)
  want de woorden van de heilige God heb ik niet verwaarloosd.

  Och, waarom houdt mijn kracht mij nog op de been?
  Hoe kan ik het geduld opbrengen te wachten op mijn dood?
  Ben ik soms zo sterk als een steen?
  Is mijn vlees soms van koper?
  Ik ben echt volkomen hulpeloos
  en heb geen enkele hoop meer!

Job 6:14-23
KAN NIET OP VRIENDEN VERTROUWEN.

  Men moet medelijden hebben met een vriend die lijdt,
  zelfs als hij het ontzag voor de Almachtige verliest.
  Mijn broeders zijn net zo onbetrouwbaar als een beek
  die stijgt als er ijs en sneeuw liggen,
  maar verdroogt wanneer het heet wordt.
  Karavanen wijken van hun route af,
  dringen steeds verder de woestijn in,
  waar zij uiteindelijk omkomen.
  Zo hebben de karavanen uit Tema en Seba hoopvol naar water gezocht,
  maar hun hoop werd beschaamd.
  En zo is ook mijn vertrouwen in u verdwenen;
  geschrokken keert u mij de rug toe en weigert mij te helpen.
  Maar waarom dan?
  Heb ik u ooit gevraagd mij een geschenk uit uw rijkdom te geven?
  Heb ik ooit uw hulp ingeroepen tegen vijanden en ruziemakers?

Job 6:24-27
TERECHTWIJZING VOOR VERWIJTEN.

  Alles wat ik verlang, is een redelijk antwoord; dan zal ik zwijgen.
  Vertel mij maar wat ik verkeerd heb gedaan!
  Het is pijnlijk de waarheid te spreken,
  maar uw kritiek berust niet op feiten.
  Gaat u mij alleen veroordelen,
  omdat ik in een opwelling mijn wanhoop uitschreeuwde?
  Dat zou lijken op dobbelen
  om een hulpeloze wees of het verkopen van een vriend.

Job 6:28-30
GEEN KWAAD IN DE ZIN.

  Kijk naar mij!
  Zie ik eruit alsof ik u iets voorlieg?
  Heb medelijden, wees niet onrechtvaardig.
  Denk er nog eens goed over na, want u mag mij geen onrecht aandoen.
  Spreek ik soms kwaad?
  Denkt u soms dat ik met mijn mond niet kan onderscheiden wat verkeerd is?"

Job 7:1-5
PROBLEMEN TE VERWACHTEN.

  "Wat heeft de mens toch een hard leven op aarde.
  Zijn zijn dagen niet als die van een gehuurde arbeider?
  Zoals een slaaf naar schaduw verlangt
  en een arbeider in spanning uitziet naar de uitbetaling van zijn loon,
  zo heb ik ellendige maanden moeten doormaken,
  met lange en moeilijke nachten.
  Bij het naar bed gaan denk ik steeds: 'Was het maar weer ochtend'
  en dan lig ik te woelen tot het weer licht wordt.
  Mijn lichaam zit vol wormen en onder het stof.
  Het is bedekt met vieze korsten. Ik ben niet om aan te zien.

Job 7:6-10
HET LEVEN IS KORT.

  Mijn leven vliegt voorbij,
  de ene hopeloze dag na de andere.
  Mijn leven is in één zucht voorbij
  en van geluk blijft niets over.
  Jullie kunnen mij nu nog zien, maar niet lang meer.
  Spoedig zullen jullie zoeken, maar dan ben ik er niet meer.
  Zoals een wolk uiteen wordt gedreven en verdwijnt,
  zo verdwijnen ook de doden in hun graven.
  Nooit meer zullen zij terugkeren naar hun gezin en hun huis
  en in hun woonplaats zijn hun namen gauw vergeten.

Job 7:11-16
VERBITTERD DOOR PIJN.

  Ik moet praten over wat mij kwelt.
  Ik moet mijn verbitterde gevoelens kunnen uiten!
  O God, ben ik soms de zee of een monster,
  dat U mij constant laat bewaken?
  Zelfs wanneer ik mijn ellende in mijn slaap probeer te vergeten,
  maakt U mij nog bang met vreselijke nachtmerries.
  Ik word nog liever gewurgd
  dan dat ik in dit lichaam verder leef!
  Ik ben het zat! Ik wil niet voor altijd blijven leven!
  Laat mij toch die laatste dagen met rust!

Job 7:17-21
WAT IS DE WAARDE VAN DE MENS?

  Is een mens het echt waard
  dat U altijd tijd en zorg aan hem besteedt?
  Moet U werkelijk elke morgen voor hem staan
  en hem elk moment van de dag op de proef stellen?
  Waarom laat U mij niet met rust;
  al is het maar voor even?
  Heb ik U iets aangedaan door mijn zonde,
  o God, Bewaker van de mensheid?
  Waarom hebt U mij als doelwit genomen
  en mijn leven tot een zware last gemaakt?
  Waarom vergeeft U mij mijn zonde niet
  en verlost U mij niet van mijn schuld?
  Want als dit zo doorgaat, zal ik gauw sterven
  en languit in het stof komen te liggen.
  Als U mij dan nog zoekt, ben ik er niet meer."

Download (Het Boek)
Download (Statenvertaling)

De chronologische Bijbel -- september



Met dank aan Biblica en Harvest House Publishers. Nadruk en reproductie verboden.
Voor meer details, lees alsjeblieft onze copyrightvoorwaarden



WAT DENK JIJ? - Wij hebben allemaal gezondigd en verdienen allemaal Gods oordeel. God, de Vader, stuurde Zijn eniggeboren Zoon om dat oordeel op Zich te nemen voor iedereen die in Hem gelooft. Jezus, de Schepper en eeuwige Zoon van God, die Zelf een zondeloos leven leidde, hield zo veel van ons dat Hij voor onze zonden stierf om zo de straf op Zich te nemen die wij verdienen. Volgens de Bijbel werd Hij begraven en stond Hij op uit de dood. Als jij dit werkelijk gelooft, er in je hart op vertrouwt en alleen Jezus als je Redder aanvaardt door te zeggen: "Jezus is Heer", dan zul je van het oordeel gered worden en de eeuwigheid met God in de hemel doorbrengen.

Wat is jouw antwoord?

Ja, vandaag heb ik besloten om Jezus te volgen

Ja, ik ben al een volgeling van Jezus

Ik heb nog steeds vragen